
Op deze blauwdruk zie je typische kenmerken van de voet, die je vaker ziet bij mensen met het Syndroom van Down.
Namelijk:
- Valgusstand van de calcaneus en de achtervoet
- Een korte voet met een brede voorvoet en een smalle hiel
- Ruimte tussen de 1e en de 2e teen.
Welke invloed heeft SD op het gaan lopen?
De gemiddelde leeftijd waarop een kind met het SD gaat lopen, is 23 maanden. Bij een gezond kind is dat ca 12 maanden.
Motorische ontwikkeling
Deze vertraagde ontwikkeling is ook aanwezig bij bijvoorbeeld gaan zitten, kruipen en rollen. Bij kinderen met het Syndroom van Down is de motorische ontwikkeling dus vertraagd.
Daarbij spelen bij het Syndroom van Down ook 2 andere factoren een rol: de slappe spierspanning en een grotere beweeglijkheid van gewrichten. Mede daardoor is de standsafwijking van de achtervoet moeilijker te ondersteunen.
Andere schoenen en zolen
Dit betekent dus dat je behandeling met zolen en schoenen anders zal zijn bij mensen en kinderen met het Syndroom van Down (SD).
Inzicht in de rol van schoenen bij SD
Als je verdieping wilt in het gaan lopen, de gevolgen van de slappe spierspanning en grotere laxiteit van gewrichten, én de waarde van schoenen, kan je meedoen aan de online training. Bevlogen en gespecialiseerd kinderfysiotherapeut Mariska Talitsch is gastspreker en presenteert casuïstiek met veel filmpjes.